Biografie
W.F. Hermans:
‘Hij was een beminnelijk mens en stellig
de meest oorspronkelijke schrijver van de eerste eeuwhelft.’
(brief aan Johanna Bordewijk-Roepman 1965)
F. (Ferdinand) Bordewijk (Amsterdam, 10 oktober 1884 – Den Haag, 28 april 1965) is de auteur van Nederlandse klassieke romans als Bint (1934) en Karakter (1938). Deze boeken zijn bewerkt voor televisie en toneel en in vele talen overgezet. Karakter is in 1997 door Mike van Diem verfilmd. De film kreeg een Oscar voor de beste buitenlandse film. Naast romans en novellen schreef hij toneelstukken, een scenario, (proza)gedichten, parodieën, grafredes en kritieken. Zijn beroep was advocaat. Hij was getrouwd met de componiste Johanna Bordewijk-Roepman (Rotterdam, 4 augustus 1892- Den Haag, 8 oktober 1971). Het echtpaar kreeg een zoon en een dochter. Samen met zijn vrouw schreef hij de opera Rotonde (1941) en een declamatorium Plato’s dood (1949). Na de oorlog nam hij zitting in de Ereraad voor de letteren. Hij ontving in 1953 de P.C. Hooft-prijs voor twee werken: de novellenbundel Studiën in volksstructuur (1951) en de roman De doopvont (1952). De Vijverbergprijs van de Jan Campertstichting werd in 1979 omgedoopt tot Bordewijkprijs. Zelf vond Bordewijk de roman Noorderlicht (1948) zijn beste boek. Al is hij het meest bekend door zijn werk uit de jaren ’30 van de vorige eeuw (ook met de korte romans Blokken en Knorrende beesten, en de novellenbundel Wingerdrank), hij heeft veel meer gemaakt dat het verdient om opnieuw onder de aandacht te worden gebracht. Bijvoorbeeld Bloesemtak (1955), een roman waarin de liefde voor zijn vrouw Johanna subtiel wordt verwoord. Hij behoort tot de zeldzame Nederlandse schrijvers van wie de boeken ook na 80 jaar nog steeds worden gelezen, ook op middelbare scholen. Dat geldt met name voor Bint.